Jan Eisenloeffel: Van sober gebruiksvoorwerp tot uniek luxeproduct

Geplaatst op 20 december 2018

Jan Eisenloeffel (1876 – 1957) was een toonaangevende kunstenaar die met zijn werk een stempel heeft gedrukt op de toegepaste kunst. Hij kan worden gezien als een van de meest vooraanstaande Nederlandse vormgevers uit het begin van de 20e eeuw. Samen met H.P. Berlage, Chris Lebeau en Jac. van den Bosch is Eisenloeffel gezichtsbepalend geweest voor de ‘constructieve richting’ binnen de Nieuwe Kunst, de Nederlandse variant van de Art Nouveau. Maar zijn invloed bleef niet beperkt tot Nederland, ook in het buitenland werd zijn werk tentoongesteld en bewonderd.

Opleiding

Eisenloeffel heeft zijn opleiding gevolgd aan de Rijks Normaalschool voor Teekenonderwijzers in Amsterdam. Daarnaast werkte hij in de werkplaats van Hoeker & Zoon, in die tijd een van de belangrijkste juweliers- en zilverbedrijven van Amsterdam. Hier kon Eisenloeffel zich in zijn beginjaren ontwikkelen. Ook kreeg hij de mogelijkheid om enkele maanden naar Rusland te gaan om kennis op te doen van email- en niëllotechnieken. Hier bracht hij een bezoek aan de beroemde goudsmid Peter Carl Fabergé, maar werd zijn werkplaats uitgezet omdat hij het werk van Fabergé omschreef als ‘suikerbakkerswerk’. Naast de technische ontwikkelingen, raakte Eisenloeffel in Rusland ook geïnspireerd door werken die zich in Russische musea bevonden. Vooral de Griekse sieraden en Oosterse kunst die hier werden tentoongesteld hebben gedurende zijn hele carrière een inspiratiebron gevormd. 

 

Vroege werk

In Rusland kwam Eisenloeffel in aanraking met luxeproducten die voor een kleine groep bevoorrechte mensen werden ontworpen, terwijl het grootste deel van het Russische volk in armoede leefde. Hierdoor besefte Eisenloeffel dat hij het zelf anders wilde doen. Zijn werk moest toegankelijk zijn voor de ‘gewone’ mens. Dit resulteerde in een vormgeving die esthetisch verantwoord was en in series kon worden geproduceerd. Na zijn terugkeer uit Rusland ging Eisenloeffel weer aan de slag bij Hoeker & Zoon en maakte hij voornamelijk de sobere objecten waar hij bekend mee is geworden. Hier is hij tot 1902 in dienst geweest. Hierna werkte hij bij verschillende werkplaatsen, waar hij gebruik maakte van zowel edele als onedele metalen. Dit sloot aan bij het gedachtegoed dat dagelijkse gebruiksvoorwerpen voor een zo groot mogelijk publiek betaalbaar moesten zijn, maar wel een moderne vormgeving moesten hebben. Zo heeft Eisenloeffel bijvoorbeeld dit koperen melkkannetje gemaakt.  

 

 

Omslag 

De sobere decoraties van Eisenloeffels metalen gebruiksvoorwerpen vielen in de smaak in het buitenland, voornamelijk in Duitsland. In 1908 vertrok hij naar München voor de ‘Vereinigte Werkstätten für Kunst im Handwerk’. Hier hoopte hij zijn ideaal te verwezenlijken om betaalbare producten voor grote groepen te kunnen maken. In Nederland ging dit moeilijk want zijn ontwerpen waren nog steeds te duur door hoge productiekosten. Ook kwamen er steeds vaker goedkopere imitaties van zijn werk op de markt. Dit was echter niet veel beter in Duitsland, wat ertoe leidde dat Eisenloeffel terugkwam naar Nederland later datzelfde jaar. Na dit mislukte avontuur besloot hij het roer om te gooien. Vanaf dit moment begon hij met het ontwerpen van unieke siervoorwerpen die rijkelijk gedecoreerd waren en die hij in eigen beheer uitvoerde. Dit was een opvallende ommezwaai in het oeuvre van Eisenloeffel. Hij maakte deze unica voor particulieren, de overheid, kerkgenootschappen en socialistische organisaties. 

 

Bronzen vaas

Een voorbeeld van dit latere werk is te vinden in de verkoopcollectie van Kunstconsult. De afgebeelde bronzen vaas is gemaakt in de werkplaats van Eisenloeffel in Amsterdam. Op 8 juli 1915 werd de ‘N.V. Jan Eisenloeffel’s Kunstnijverheid’ officieel opgericht. De focus kwam te liggen op objecten die op bestelling werden gemaakt. Deze unica werden veelal versierd met email champlevé of vensteremail. De vaas in de collectie van Kunstconsult is op en top Eisenloeffel. Hij is namelijk gedecoreerd met vier geëmailleerde medaillons en geometrische banden van email. Eisenloeffel gebruikte hiervoor de champlevé-techniek, waarbij de met email te vullen holten worden uitgestoken.

 

 

Loving Cup 

Het Drents Museum in Assen heeft bij Kunstconsult een werk van Eisenloeffel gekocht, de zogenaamde Loving Cup’. Dit werk is een unicum in het oeuvre van Eisenloeffel. In Engeland kent men de Loving Cup, in Frankrijk de Coupe de Marriage: een grote bokaal om gezamenlijk uit te drinken tijdens huwelijken en banketten. Het gebruik van de bokaal symboliseert liefde, vriendschap en eenheid. Eisenloeffel vervaardigde de bokaal in 1924 voor de Twentse textielbaron Johannes Leonard Lodewijk Tilanus, die behoorde tot de schoonfamilie van Eisenloeffel. Hij maakte de bokaal ter gelegenheid van het 50-jarig huwelijk tussen Tilanus en zijn echtgenote. Wanneer de bokaal wordt rondgedraaid, valt een regel uit Vondels ‘Gijsbrecht van Aemstel’ te ontcijferen: ‘Waer werd oprechter trouw dan tusschen man en vrouw ter wereld oyt gevonden’. De bokaal is een uitzonderlijk object van Eisenloeffel, maar wat betreft het gebruik van de emailleertechniek en het ornament is zeer kenmerkend voor zijn oeuvre in deze jaren.  

 

Tekst: Demi Falkmann 

Foto's: Erik Rijper, Noortje Remmerswaal en Dennis A-Tjak

Voor deze tekst is onder meer gebruik gemaakt van: A. Krekel-Aalberse en E. Raassen-Kruimel (e.a.), ‘Jan Eisenloeffel, 1876 – 1957’, Waanders Uitgevers Zwolle, 1996. 

 

© Kunstconsult – 20th century art | objects  

Citeren uit deze tekst is uitsluitend toegestaan met bronvermelding en met een link naar deze pagina.