Andries Copier 70 jaar vernieuwend in glas

Geplaatst op 27 juni 2018

Al op jonge leeftijd werd het ontwerptalent van Andries Al op jonge leeftijd werd het ontwerptalent van Andries Dirk Copiererkend. In 1925, amper 24 jaar oud, ontving hij op de internationale Art Deco tentoonstelling in Parijs een zilveren medaille voor zijn prachtig gestileerde glasservies ‘Smeerwortel’. In die periode ontwierp hij ook zijn eerste unieke glasobjecten. Met zijn vooruitstrevende ideeën over glaskunst was Copier, wiens carrière zich uitstrekte over 70 jaar, keer op keer zijn tijd vooruit.

 

Schoonheid in het interieur van de gewone man

In 1914 ging Andries Dirk Copier (1901-1991) als dertienjarige jongen aan het werk bij Glasfabriek Leerdam. Aanvankelijk op de etsafdeling waarover zijn vader de leiding had. Hij kwam er binnen in een periode van grote verandering. Rond 1915 zette P.M. Cochius (1874-1938), de verlichte en sociaal geëngageerde algemeen directeur van de glasfabriek, een punt achter de productie van glaswerk in historische stijl. Cochius wilde betaalbare glasobjecten produceren, die waren ontworpen door kunstenaars en die schoonheid konden brengen in het interieur van de gewone man, dat volgens hem voornamelijk ‘gevuld was met afgrijselijke objecten’. 

 

Belangrijkste glasontwerper van de twintigste eeuw

Andries Dirk Copier doorliep vele afdelingen in de fabriek, waarbij hij kennismaakte met alle mogelijke technieken. Vanaf 1920 kreeg hij de supervisie over de in massa geproduceerde objecten die door freelancers werden ontworpen. Onder hen waren de bekende architecten K.P.C. de Bazel en H.P. Berlage. In 1922 begon Copier zelf met het ontwerpen van drinkserviezen, waarmee hij de basis legde voor zijn lange en succesvolle ontwerpcarrière. Een jaar later was hij al hoofd van de ontwerpafdeling. Copier zou zich uiteindelijk ontwikkelen tot de belangrijkste Nederlandse glasontwerper van de twintigste eeuw. Zijn eerste onderscheiding ontving hij voor zijn drinkservies ‘Smeerwortel’. Dat leverde hem een zilveren medaille op op de ‘Exposition Internationale des Arts Décoratifset Industriels Modernes’ van 1925 in Parijs. 

 

Leerdam Unica

In 1923 begon Copier met het ontwerpen van Leerdam Unica, unieke eenmalige objecten die hem de kans boden nieuwe technieken uit te proberen en het materiaal glas te onderzoeken. De Leerdam Unica waren experimenteel van karakter en daarmee tegelijkertijd ook een leermiddel voor de glasmakers, die werden uitgedaagd zich op nog onontgonnen terrein te begeven. Copier zelf kon dankzij de Leerdam Unica ervaring opdoen met de fysieke en chemische eigenschappen van glas en met de werkprocessen. Zijn bevindingen vertaalde hij naar producten die in massa konden worden geproduceerd.

In feite is dit waar het onderscheid tussen gebruiksglas en glaskunst  begon, hoewel die scheidslijn niet altijd duidelijk was; kunst beïnvloedde immers de commerciële industriële collectie. 

Met de Leerdam Unica vestigde de glasfabriek zijn reputatie en daardoor nam geleidelijk de vraag naar glaskunst toe. Dit leidde in 1928 tot de beslissing om objecten in kleine series te gaan maken, de zogenaamde Leerdam Serica. Hierin werd de ervaring die was opgedaan met de experimentele Leerdam Unica toegepast op serie-objecten met uitgesproken vormen. 

Eindeloze reeks Nieuw Technieken

Gedurende meer dan veertig jaar liet Copier met zijn Unica zien dat hij ver vooruitliep op zijn tijd met zijn ideeën over kunst. Met zijn team ontdekte hij een eindeloze reeks van nieuwe technieken die ze konden toepassen op zowel Unica als gebruiksglas. Ze ontwikkelden nieuwe kleuren en knipten, knepen, prikten en vormden het materiaal met gereedschappen of met behulp van mallen zodat ribben of bellen in het glas verschenen. Een belangrijke stap was het experimenteren met chemicaliën, waarmee allerlei effecten konden worden bereikt. Hiervoor werkte Copier nauw samen met een van zijn broers die als chemicus werkzaam was bij de fabriek. Onder andere werden op het warme glas metaaloxiden verdampt, die zich als een laag afzetten op het glas met als gevolg een olieachtige glans, de zogenaamde irisé. Met tinchloride ontstond een matte witte laag die, als de warme glasbel verder uitgeblazen werd, uiteenbrak in een fijn patroon. Met name in combinatie met een mal waarin de vaas geblazen werd, gaf dit een prachtig effect omdat de decoratielaag zich tot een regelmatig patroon vormde. Dit zogenaamde 'craqueléglas' zou een van de grootste successen worden van Copier.

 

Volmaakte werken uit de jaren 40

De nieuwe ervaringen met materiaal en techniek leidden tot steeds gecompliceerder werkstukken, waarin prachtige effecten werden bereikt door allerlei procedés te combineren. Unica werden staaltjes van ongekend vakmanschap, met meerdere lagen glas over elkaar waarin verschillende decoratietechnieken werden toegepast. Zo ontstonden er stukken met combinaties van craquelé, kleurpoeders en ingedrukte figuren onder verschillende lagen glas die een hele sprookjeswereld opriepen. Met name in de jaren 40 bereikte Copier grote hoogtepunten in de techniek van reliëfdecors, gevangen tussen dikke lagen glas waarmee een lenseffect werd bereikt. Het is haast niet voor te stellen dat een glasblazer kon werken met zo'n enorme klomp heet glas waarvan het gewicht kon oplopen tot twintig kilo. Op de Wereldtentoonstelling van 1937 in Parijs ontving Glasfabriek Leerdam een Grand Prix voor het werk van Copier. Het was een van de vele prijzen die hem gedurende zijn lange carrière zouden toevallen.

 

Gewaagde experimenten

In de naoorlogse jaren nam de productie van Copier af, omdat hij zich moest wijden aan de meer algemene artistieke leiding van Glasfabriek Leerdam en belangrijke bestuurstaken. Dit nam niet weg dat Copier iedere gelegenheid aangreep om zich op de werkvloer te begeven; hij gebruikte die zeldzame momenten om nog vrijer te experimenteren. Bijvoorbeeld met het 'schilderen' in emailpoeders wat tot heel abstracte effecten leidde. Copier durfde glas steeds verder van zijn gebruiksfunctie te voeren om tot nieuwe ideeën te komen. In 1953 rekte hij een schaal zover uit dat het een abstract object werd in plaats van een praktisch gebruiksvoorwerp. Met dit soort experimenten liep Copier jaren vooruit op de 'Studio Glas' beweging die in de jaren 60 opkwam. 

 

Tweede carrière

Nadat hij in 1971 met pensioen ging bij Glasfabriek Leerdam richtte Copier zich volledig op zijn familie; zijn levenswerk leek tot een einde te zijn gekomen. Maar in 1977 pakte hij het maken van unica weer op. Hij greep zijn kans toen Willem Heesen (1925-2007), een van zijn voormalige studenten aan de Glasschool, een eigen glasstudio had geopend in Acquoy, dichtbij Leerdam. 

Autonoom kunstenaar

Een nieuw tijdperk van ongekende creativiteit en productiviteit brak aan: vrij van de fabriek ontpopte de ontwerper Copier zich tot autonoom kunstenaar. Het Studio Glas had inmiddels een hoge vlucht genomen met frisse talenten die overal ter wereld furore maakten. Dankzij de mogelijkheden van kleine, flexibele ovens konden zij hun ontwerpen direct en vaak zelf uitvoeren.  De jonge kunstenaars nodigden Copier graag uit in hun studio's en nestor Copier op zijn beurt greep deze kans om met jong talent te werken met beide handen aan. Wat begon als een liefhebberij groeide al snel uit tot een nieuw oeuvre, dat uitmondde in werkreizen naar de belangrijkste glascentra ter wereld waar hij samenwerkte met de beste glasblazers: Harvey Littleton en Gary Beecham in de Verenigde Staten, Lino Tagliapietra in Italië, Peter Novotny in Tsjechië en Ann Wolff in Zweden. Een aantal van deze meesters kwam ook naar Nederland, om met Copier en vader Willem en zoon Bernard Heesen te werken in hun atelier De Oude Horn. De inspirerende samenwerking met jong talent bracht de hoogbejaarde Copier tot indrukwekkende artistieke prestaties. Dit vermogen om zichzelf steeds opnieuw uit te vinden is waarschijnlijk het geheim van Copier's 70 jaar durende succes.

Copier werkte onuitputtelijk door tot zijn dood op negentigjarige leeftijd. De werken die hij in zijn laatste jaren produceerde laten geen spoor zien van vermoeidheid of gebrek aan inspiratie. 

 

Een groot aantal unica van Copier is te zien in de tentoonstelling Gestolde Dromen IX bij Kunstconsult tot en met 22 juli 2018. Bekijk hier een selectie werken van Copier uit de collectie van Kunstconsult. 

 

© Kunstconsult – 20th century art | objects

Citeren uit deze tekst is uitsluitend toegestaan met bronvermelding en met een link naar deze pagina.