Pearl Perlmuter

Verenigde Staten 1915 - 2008

PERLMUTER, Pearl (geb. New York, Verenigde Staten 23-8-1915 – gest. Amsterdam 7-5-2008), beeldhouwster. Dochter van Cuno Perlmuter (1875-1940), kledingfabrikant, en Annie Aronowitz (1888-1919), onderwijzeres. Pearl Perlmuter trouwde op 21-11-1945 in New York met Wessel Couzijn (1912-1984), beeldhouwer. Uit dit huwelijk, op 12-4-1978 ontbonden, werd 1 dochter geboren.

Pearl Perlmuter werd in New York geboren als derde kind in een orthodox Joods gezin van Oost-Europese komaf. Ze groeide met haar zussen Madeline (1908) en Sacha (1918) en broer Jerry (1911) op in The Bronx. Haar moeder overleed toen Pearl vier jaar oud was.

Vanwege het verbod op ‘nabootsing’ binnen het joodse geloof speelde beeldende kunst geen enkele rol in haar vroege jeugd. Pas toen Perlmuter in 1934 aan de Fordham University in New York rechten ging studeren, kreeg ze interesse in kunst en ging ze cursussen tekenen en beeldhouwen volgen aan de American Artists School. Na afronding van haar rechtenstudie (1937) werkte ze enkele jaren parttime bij een advocatenkantoor en volgde opnieuw lessen bij the American Artists School. Ze twijfelde aan haar talent en vond zichzelf eigenlijk te oud voor een carrièreswitch, maar na de dood van haar vader in 1940 besloot Perlmuter de erfenis te gebruiken om beeldhouwkunst te gaan studeren bij de Art Students League, een vrije academie in New York. Ze kreeg er les van William Zorach en boetseerde veel naar naaktmodellen. Vanaf 1943 volgde ze lessen bij de Russisch-Franse beeldhouwer Ossip Zadkine. Onder zijn invloed werden haar naaktfiguren strakker en hoekiger. In 1945 ontmoette Perlmuter bij Zadkine de Nederlandse beeldhouwer Wessel Couzijn. Zij trouwden nog datzelfde jaar.

Moeizame start in Nederland

Omdat Nederland kort na de Tweede Wereldoorlog voor beeldhouwers meer mogelijkheden leek te bieden dan de Verenigde Staten, vertrokken Perlmuter en Couzijn in 1946 naar Amsterdam. Maar daar bleek het voor Perlmuter moeilijk te zijn als beeldhouwster voet aan de grond te krijgen – nog los van woning- en ateliernood. De Nederlandse beeldhouwkunst was behoudend en bood weinig ruimte voor een buitenlandse vrouw, die bovendien gehuwd was met een veelbelovend beeldhouwer. Anders dan veel van haar Nederlandse tijdgenoten had zij niet de traditionele academische opleiding van Jan Bronner gekregen – velen dachten dat Couzijn haar leermeester was. Daarbij kwam dat na de geboorte van dochter Adèle in 1949 de combinatie van werk en zorg haar zwaar viel.

Perlmuter werkte samen met haar man in een atelier op het Rapenburg. Tot aan het einde van de jaren vijftig maakte zij voornamelijk mensfiguren met een zekere mate van abstractie in gips, terracotta en brons, zowel kleinschalig als wat groter. De Nederlandse Kring van Beeldhouwers, waar figuratieve kunst de norm was, had in 1953 weinig begrip voor dit te abstracte werk en weigerde haar als lid. Toch exposeerde Perlmuter regelmatig. Zo werden haar beelden vanaf 1949 meermaals geselecteerd voor de openluchttentoonstellingen van Sonsbeek en nam de Stichting Kunst en Gezin haar werk op in onder andere de jaarlijkse beeldententoonstellingen op de Keukenhof. In 1955 won zij daar met het beeld Zittende man (1954) – later Job genoemd – de eerste prijs. In 1958 vertegenwoordigde zij samen met zeven andere kunstenaars Nederland op de Biënnale van Venetië. In die tijd experimenteerde zij meer en meer met het werken in boetseer- en gietwas. Deze wastechniek bood haar de mogelijkheid om los te komen van de massieve klei en het gips en van de herkenbare figuratie. Het resultaat waren expressionistische bronssculpturen, waarin eenzaamheid en strijd terugkerende thema’s zijn.

In 1963 werd Perlmuter docente aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Haar eigen werk werd ondanks alle exposities slechts zelden aangekocht. Vanwege het kostwinnersbeginsel (haar echtgenoot was kostwinner) kwam zij niet in aanmerking voor de Beeldend Kunstenaars Regeling (BKR). Ook bij het verwerven van opdrachten had ze er last van ‘de vrouw van’ te zijn. In 1965 blies de gemeente Amsterdam de aankoop af van Earthbound, een grote bronzen sculptuur – enkele kunstenaars in de aankoopcommissie hadden bezwaar gemaakt omdat Perlmuter via haar echtgenoot al verzekerd was van een inkomen.

In de jaren zeventig gingen Perlmuter en haar man uit elkaar. Zij was in die jaren vooral actief als docente, vanaf 1977 ook aan de Academie voor Kunst en Industrie in Enschede. Perlmuter was lid van de Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars (BBK) en raakte betrokken bij de Stichting Vrouwen in de Beeldende kunst. Ook exposeerde ze met de Stichting Amazone, die thematische tentoonstellingen organiseerde rond het werk van beeldend kunstenaressen. Begin jaren tachtig stopte Perlmuter als docente en ging ze zich weer op haar eigen werk richten. In 1988 kreeg zij haar eerste grote overzichtstentoonstelling in het Gemeentemuseum in Arnhem, waar behalve sculpturen ook aquarellen, tekeningen en etsen werden getoond. In 2003 volgde een solotentoonstelling in het Kröller-Müller Museum in Otterlo.

Pearl Perlmuter bleef tot op hoge leeftijd actief en vervulde haar rol als ‘grand old lady’ van de Nederlandse beeldhouwkunst met verve. Zij stierf na een kort ziekbed op 7 mei 2008, 92 jaar oud, in Amsterdam.

Betekenis

Met haar werk en door haar docentschap heeft Perlmuter een belangrijke bijdrage geleverd aan de stijl- en vormvernieuwing in de naoorlogse Nederlandse beeldhouwkunst. Zij maakte zich sterk voor de positie van vrouwen in de beeldende kunsten – ze vond dat ze meer aandacht verdienden. De erkenning voor haar eigen kunstenaarschap kwam pas laat.

 

Naslagwerken

Elck zijn waerom; Jacobs; Jacobs (2000); Scheen (1970).

Archivalia

  • Stadsarchief, Amsterdam: Persoonskaart.
  • RKD, Den Haag: PDO.

Werk

Werk van Perlmuter bevindt zich o.a. in de collectie van: Stedelijk Museum, Amsterdam; Gemeentemuseum Arnhem; Kunstcollectie Amsterdam Airport Schiphol; Ministerie van Buitenlandse Zaken, Den Haag en bij de Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed.

Oeuvrecatalogus in: Van Blitterswijk en Westen (1988).

Literatuur

  • Birgitta van Blitterswijk en Mirjam Westen, Pearl Perlmuter, beeldhouwster (Arnhem 1988) [uitgave bij de gelijknamige tentoonstelling, Gemeentemuseum Arnhem].
  • José Boyens, ‘Een signaal in de Nederlandse beeldhouwkunst: Pearl Perlmuter’, Ons Erfdeel 40 (1997) 766-769.
  • Ulco Mes en Evert van Straaten, Pearl Perlmuter: binnen/buiten 1957-1968. Pearl Perlmuter: inside/outside 1957-1968 (Eindhoven z.j. [2003]) [uitgave bij de gelijknamige tentoonstelling, Kröller-Müller Museum, Otterlo].
  • Judi Seebus en Francoise Vaal, Pearl, life is an art (2005) [documentaire].
  • Sandra Smallenburg, ‘Te modern en nog vrouw ook’, NRC Handelsblad, 14-5-2008.

Illustratie

  • Pearl Perlmuter, door Bram Wisman, 1958 (Maria Austria Instituut, Amsterdam).
  • Pearl Perlmuter, Moving Woods, 1966 (Collectie Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).

 

Auteur: Simone Vermaat, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

 

laatst gewijzigd: 14/12/2017


Instagram